De rapportage over de zomercursus in Leuven en het seminarium in Amsterdam

INTRODUCTIE

A. Zomercursus bij het ILT

De eerste indruk
Toen ik voor de eerste keer wist dat ik naar Leuven moest gaan voor een zomercursus, dacht ik zo: “Moet ik echt aan deze cursus deelnemen? Want in 2006 ben ik ook in Nederland geweest voor de zomercursus en zulke cursus beschouwde ik gewoon als een zomervakantie, geen echte cursus!”. De programma's van de zomercursus in 2006 in Nederland waren leuk. De deelnemers van de cursus kwamen uit verschillende verre landen en ik vind het gewoon leuk om met andere buitenlandse mensen kennis te maken. We hadden toen meer vrije programma's buiten klas dan lesprogramma's in klassen. Dus, qua les in de klas vond ik deze cursus een beetje minder efficiënt. Ik had nog veel meer lessen over het Nederlands in de klas aan Universitas Indonesia dan in deze cursus.

Met mijn tegenwoordige functie als een leerkracht (assitent docent) bij de Vakgroep Nederlands aan Universitas Indonesia vond ik deze aanbieding (om deel te nemen aan de zomercursus in Leuven) gewoon een grapje, want ik had toen genoeg verbeeldingen over wat ik daar moet doen, en die zijn: kennis maken met nieuwe buitenlandse mensen, veel excursies doen, nog veel meer leuke dingen doen en niks belangrijks over de taal van Nederland krijgen. Kortom, dacht ik: “Nou, ik ga op vakantie! De zomervakantie!”.

Een paar vragen bleven in mijn hoofd: “Wat is deze cursus voor? Is het zo nuttig voor mij als assistent docent om aan deze “vakantie” deel te nemen? Hebben ze geen verkeerde persoon gekozen? Misschien zou het beter zijn als ze deze cursus aan een derdejaarstudent aanbieden”. Zulke vragen stoorden me nog steeds tot mijn vertrek naar België.

De aankomst in Leuven
De eerste dag toen ik in Leuven aankwam was tot zo ver ik wist de warmste dag van de zomer in 2008. Het was ongeveer 37 graden of misschien meer, ik wist het niet precies. Ik stond voor het treinstation te denken: “Hoe ga ik naar het Groot Begijnhof? Moet ik een taxi nemen? Hoeveel zou het kosten?”. Toen ik erover aan het denken was, riep iemand mijn roepnaam. Het was Leen Verrote (mijn gastdocente aan de campus toen ik nog studeerde). Zij kwam mij ophalen! Het was echt een opluchting!

Zij bracht mij eerst naar haar kantoor (het ILT) waarbij de cursus zal plaatsvinden. En daarna gaan wij naar het Groot Begijnhof waar ik voor een maand zal verblijven. De stad Leuven is zo klein maar heel mooi. Dus, als je van een plaats naar een andere plaats wilt gaan dan duurt het niet lang en bovendien kun je van mooie oude gebouwen en prachtige natuur genieten, m.a.w. zal ik zeggen dat Leuven een perfecte stad is voor studie. Klein, vriendelijk, en rustig!

Ik was zo gelukkig dat ik in het Groot Begijnhof kon wonen, want het was daar zo rustig en zo mooi. Eigenlijk was het niet zo moeilijk om een huisvesting te vinden in Leuven, want er waren toen heel veel kamers aangeboden om gehuurd te worden door studenten. Maar toch woonde ik toen in het Groot Begijnhof, en daarom was ik zo gelukkig! Wat een perfecte huisvesting!

De cursus
Het eerste programma was een bezoek aan Leuven met een gids. En toen keerde ik terug naar een van mijn verbeeldingen over de zomercursus! “Kijk, een excursie met een gids! Dit is echt een vakantie, geen cursus!”

De volgende dagen bleek het dat mijn verbeeldingen over deze cursus niet waar waren! De eerste les was begonnen met een uitleg over een paar lesplannen. Ik was een beetje verbaasd want we hadden heel veel lesprogramma's in de klas. Het was heel verschillend van de cursus in Nederland in 2006. Op maandag en dinsdag begon de les vanaf 09u. t/m 16u. Op woensdag en donderdag begon de les vanaf 09 u. t/m 14u. We hadden alleen maar een keer excursie en op die gelegenheid gingen wij naar Antwerpen. We hadden nog wat extra programma's buiten de klas, maar die waren niet zo veel als bij de cursus in 2006 in Nederland. We hadden een keer zogenaamde Multiculturele Avond (barbecue) en een keer workshops, dat was het. De rest van de uren vulden wij met de programma's in de klas in.

Volgens mij was deze cursus heel leerzaam! We hadden veel tijd in de klas om het Nederlands en het Vlaams te studeren. We besteedden veel aandacht aan het Nederlands en het Vlaams. Elke maandag hadden wij een toets! Een toets had ik nooit gehad in de cursus in 2006 in Nederland. Behalve die wekelijkse toets moesten wij ook eindexamens afleggen om een certificaat te kunnen hebben. Als je gezakt bent dan kun je geen certificaat hebben! Zo streng was deze cursus en daar houd ik van! Je moest dus de lessen die je op de vorige dagen gekregen hebt goed begrijpen, want je moest aan het eind van de cursus het eindexamens afleggen. Zou je gezakt zijn dan krijg je geen certificaat! Sindsdien wist ik zeker dat ik in Leuven echt voor een cursus was en om mijn nederlands te verbeteren, niet op vakantie met veel excursies!

Gelukkig ben ik niet gezakt en heb ik dus het certificaat. Nog een keer wil ik zeggen dat deze cursus heel leerzaam was, zelfs voor de derdejaarstudenten op de Universitas Indonesia.

Het Nederlands of het Vlaams?
Aan het begin van de les was ik zo verbaasd dat ik in deze cursus veel meer het Vlaams dan het Nederlands kreeg. Maar het was niet zo erg, want ik heb gedurende mijn studie Nederlands op Universitas Indonesia (4 jaar) het Nederlands gekregen, en heel weinig het Vlaams.

In het algemeen kregen we het Algemene Nederlands, maar ik kreeg daar ook het Vlaams meer gedetailleerd. Het was zo belangrijk, ten minste voor mij, want op de Universiteit hebben wij eigenlijk af en toe teksten in het Vlaams. Dus, als ik later het Vlaamse teksten in de klas heb dan kan ik misschien die teksten wat gemakkelijker en beter uit te leggen. Niet alleen in de klas, in CnaVT-examens krijgen de studenten ook vaak teksten in het Vlaams.

Wat ik hier “in het Vlaams” bedoel is niet alleen maar de uitspraak, maar ik heb ook een paar termen en uitdrukkingen in de Vlaamse woorden die ik op de Universiteit gedurende mijn studietijd nog niet gekregen heb. Ja natuurlijk kreeg ik bij deze cursus ook een paar woordenstructuren die heel typisch Vlaams zijn, maar toch kregen wij in het algemeen wel het Algemene Nederlands.

Ik meende het echt dat deze cursus ook goed is voor de derdejaarstudenten op Universitas Indonesia, want aan de ene kant krijgen ze lessen over het Nederlands (het Algemene Nederlands), hierbij kunnen ze hun Nederlands verbeteren. Aan de andere kant krijgen ze een soort verrijking over het Vlaams dat ze op de Universiteit heel weinig krijgen. Als ze (de studenten) deze cursus volgen dan kunnen ze twee vliegen in een klap hebben, de verbetering van hun Algemene Nederlands en de verrijking over het Vlaams. Het is niet de bedoeling dat de cursus waaraan ik in 2006 deelnam niet nuttig was, maar in deze cursus (in Leuven) heb ik wat meer over het Nederlands en het Vlaams gekregen.


B. Het seminarium in Amsterdam

De tijd was zo perfect! Pas na de cursus in het ILT in Leuven, Belgi had ik een ander programma dat te maken heeft met het Nederlands. Dat was het seminarium Nederlands als Vreemde taal 2008 – didactiek, taal en cultuur. Dit seminarium was bedoeld voor buitenlandse leerkrachten Nederlands. Dit seminarium was echt een “cadeautje” voor mij, want ik ben net begonnen met lesgeven en dan kon ik een soort cursus volgen hoe ik het Nederlands goed kan leren.

De eerste indruk
Dit was mijn eerste keer om aan z'on seminarium te kunnen deelnemen. Ik kon helemaal niet denken wat ik daar (bij het seminarium) moest doen. Ik wist dat Lilie en Lina aan het seminarium ook deelnamen, en ze hebben heel veel ervaringen ervoor, terwijl ik, zeg het maar “de nieuwkomer” ben! Eerlijk gezegd was ik heel bang voor het seminarium, want wat ik over een seminarium wist dat als wij aan een seminarium deelnemen dan moeten wij iets over de thema's in het seminarium presenteren. Het seminarium ging over het Nederlands als vreemde taal, diactiek, taal en cultuur en de deelnemers waren allemaal docenten Nederlands van de hele wereld, en ik ben “de nieuwkomer”! Wat moest ik doen? Wist ik toen helemaal niet!

Voordat ik aan dat seminarium deelnam, kon ik mezelf nog niet als een leerkracht Nederlands beschouwen. Ik vond dat ik nog een student was (een student van de Vakgroep Nederlands aan de Universitas Indonesia), en iedereen weet dat het seminarium voor de docenten Nederlands is bedoeld, en ik kon toen toch niet voelen dat ik nu een van hen ben (een van de leerkrachten Nederlands). Dit gevoel was echt een probleem!

Het seminarium
De eerste dag bij het seminarium was de officile openingsavond in Hotel Casa 400, Amsterdam. Tegelijkertijd maakten we met elkaar kennis. En de cursus van het seminarium begon pas de volgende dag 's morgens. De eerste cursus was door meneer Piet de Kleijn gegeven, en het ging over de geschikte materialen voor het leren van het Nederlands als vreemde taal in de tegenwoordige tijd.

Het seminarium was heel goed georganiseerd, denk ik! Ik weet het niet wat iedereen erover denkt, maar het was mijn eerste keer en ik heb daarvan een mooie indruk gehad. In principe vind ik het seminarium heel nuttig! Ik wist alleen maar een heel klein beetje hoe ik het Nederlands als vreemde taal moet doceren, maar na het seminarium heb ik veel dingen en ideen gehad hoe ik het Nederlands als vreemde taal in goede manier kan doceren en welke materialen geschikt zijn voor welke vaardigheiden. Ten misnte weet ik nu wat beter dan vroeger wat ik moest voorbereiden voordat ik naar de klas ga voor bepaalde vaardigheiden.

Niet alleen maar de materialen en de manier hoe je een les moet geven werden aangeboden, maar je kreeg ook een cursus hoe je een goede toetsen kan maken. Je kan dus weten welke toetsen geschikt zijn voor welke vaardigheiden en ook hoe je die toetsen goed moet beoordelen. Je weet ook dus welke punten moet je beoordelen en welke punten niet! Dus, de bedoeling van deze toetsencursus is dat je een goede toets kan maken en beoordelen zodat je weet of de studenten de belangrijke punten van al die lessen die je al gegeven hebt goed hebben geleerd. En dat betekent: je toets je studenten niet voor niets!

Zoals we weten dat de deelnemers van het seminarium uit verschillende landen komen, en dat is ook een van de belangrijke punten van het seminarium. Wat ik ervan belangrijk vind dat we ook veel nuttige ervaringen van die deelnemers kunnen hebben. Iedereen had zijn eigen ervaringen in het doceren van het Nederlands als vreemde taal. Wij kunnen dus veel belangrijke punten bestuderen van hun ervaringen. Er zijn veel diverse problemen met het doceren van het Nederlands als vreemde taal in elke landen, en we probeerden ook met elkaar suggestie's geven hoe wij onze problemen goed kunnen oplossen. En deze lessen (de diverse ervaringen, problemen en suggestie's) kun je in formele seminaria en cursussen niet gemakkelijk vinden, denk ik! Dus, wat ben ik zo gelukkig!

Ik - de nieuwkomer - ben zo gelukkig dat ik veel vragen over het doceren van het Nederlands als vreemde taal aan de andere deelnemers kon stellen, want ik had toch, zeg het maar “niets” in het doceren van het Nederlands als vreemde taal. En de problemen in het doceren hebben niet alleen te maken met de materialen, de toetsen, en al de technische dingen, maar de problemen komen ook meestaal uit de studenten. Dus, ik kon in het seminarium weten hoe ik moet reageren als de studenten dit doen of dat doen door het te vragen aan die andere ervarende deelnemers en de sprekers.

De programma's
Vanuit de titel van het seminarium kunnen wij gemakkelijk raden welke programma's we daar hebben gedaan. De meeste programma's waren gericht op het doceren van het Nederlands als vreemde taal, de materialen ervan en de toetsen. We waren bijna iedere dag in de klas bezig met de lessen en de discussies over de beste methode's en materialen in het doceren van het Nederlands als vreemde taal.

Behalve de programma's binnen de klas hadden wij ook veel leuke programma's buiten de klas, en het was meer cultureel bedoeld. Wij gaven ook bezoek aan een paar musea in Nederland en Belgi. We gingen ook naar Zierikzee, en naar het Waternood museum. Dat was mijn eerste keer in het Waternood museum! We keken daar naar een documentaire film over de overstroming in het jaar 53 in Nederland.

We hadden ook een kans om naar het kantoor van de Nederlandse Taalunie in Den Haag te gaan. Dat was echt fantastisch voor mij, want ik hed nooit bedacht dat ik op een dag naar het kantoor van de Nederlandse Taalunie kan gaan. Daar haden we een presentatie van meneer Marc Le Clerc over wat de Nederlandse Taalunie is en wat de Nederlandse Taalunie doet overal ter wereld in het kader van het Nederlands. En daar haden wij ook een paar belangrijke informatie, een van hen is over de website van www.taalunieversum.org . Op die website vinden wij alle belangrijke informatie die te maken heeft met het Nederlands, en zelfs kun je daar bijvoorbeeld naslagwerken en vacatures vinden. Ik denk dat die website heel nuttig is, vooral voor docenten Nederlands in de hele wereld.

We zijn ook een paar dagen in Antwerpen, Belgie geweest. Daar haden wij curus van Helga van Loo en Anemie vanuit K.U. Leuven. We kregen van hen “het gebruik van muziek en gedichten in het doceren van het Nederlands als vreemde taal”. Het was zo leuk! Verder gaven wij ook bezoek aan Leuven, en we haden daar een lezing van een Prof. Uit K.U. Leuven over “Het verschil tussen Nederlands – Nederland en Nederlands – Vlaanderen, en ook nog een kennis over een paar dialecten in het Nederlands – Vlaanderen (het Vlaams).

Hartelijk dank!

Labels: , ,

1 Comments:

At April 15, 2009 at 11:27 AM , Anonymous Rina Slamet said...

Hoi, ik was het adresgegevens van Piet de Kleijn op google aan het zoeken toen ik deze blog kreeg voor m'n neus. Ik vraag me af wie dit is .... Ben jij Fajar?

Groetjes,

Rina Slamet

 

Post a Comment

Subscribe to Post Comments [Atom]

<< Home


Yellowlightdistrict © 2007-2009 | Template by ilhamsaibi | Modified by nederindo